vrijdag 27 november 2009

Dag 8: Canyon the Chelly

We worden wakker en voelen ons beide geradbraakt. Het lijkt ons een duur hotelpark, maar dan mogen ze gerust eens wat investeren in goede matrassen.

Voor de deur ligt The Daily News op ons te wachten (een lange smalle krant waarop Obama op de voorpagina iets belangrijks heeft gezegd ivm Afghanistan) en we zoeken Starbucks op voor het ontbijt.

Op het terras verdiepen enkele mannen in kostuum zich in the financial pages, maken notities en spreken en passant af voor "een golfke te doen".
Een meisje komt met haar hondje voorbij en één der mannen zegt: "Nice Sneakers, Lisa".
Waarop Lisa uiterst beleefd antwoordt: "Thank you, mr. Greason" en vervolgens een koffietje gaat kopen en haar hond buiten laat wachten. Een scène zo uit een film geknipt.

De auto brengt ons vandaag richting Chinle, een stadje in het reservaat van de Navajo Indians. Om daar te geraken moeten we eerst door een ander reservaat, dat van de San Carlos (gekend van Fort Apache).

Het landschap wordt opnieuw "rotsig". De wegen gooien zich als een schoenveter langs bergen en dalen, kruipt over riviertjes en duikt in tunnels en onder bruggen.

Er rijdt al geruime tijd een beige pick-up achter ons aan. Plotseling zien we in de spiegel rode en blauwe flikkerlichten die gemonteerd zijn aan de binnenkant van het dak van de wagen. Jep, de sheriff heeft ons te stekken!

Een beetje zenuwachtig stoppen we de wagen, opent Kriss het raam en legt hij beide handen op het stuur. Een uiterst vriendelijk officer vraagt onze papieren. Hij wil weten of ik gedronken heb, of dat we aan sightseeing deden.

Hij vindt het speciaal dat we van België zijn, vraagt onze volgende bestemming en zegt ons dat we de namen van de steden moeten uitspreken zoals de Indianen (Sjinlie!). Hij wenst ons nog een goede vakantie en laat ons gaan.

Enkele mijlen later besluiten we een kleine omweg te maken langs het Petrified Forrest, ons eerste Nationale Park. Een groot dor landschap ligt vol met versteende bomen. De geschiedenis heeft hier sporen nagelaten van de eerste generatie Dino's.


Toen route 66 the road to be was, was Petrified Forrest en The Painted Rocks de attractie van de streek. Een motel met stenen wigwams dateert nog uit die tijd.

Het schemert als we het park verlaten en we hebben nog aardig wat mijlen te rijden. Het verkeer wordt minder druk en de gps leidt ons naar rustige banen. Banen waar geen verlichting is en we af en toe schrikken als we plots een paard los naast de baan zien staan of het kadaver van dode coyotes zien liggen.

Het laatste uur rijden we in "pikkendonker" en we halen dan ook opgelucht adem als we Chinle binnenrijden.

We vinden snel ons hotel en zijn gecharmeerd door het vriendelijke en goedlachs hotelpersoneel die allemaal zonder twijfel Native Americans (Ze willen niet meer Indianen worden genoemd) zijn.

Maar niet alleen het personeel, ook de inrichting kan ons charmeren: hout en tapijt, gezelliger dan hier kan je het niet vinden.
Het is 21u30 en we hopen dat de keuken nog open is. "Geen probleem", zegt een mollige squaw (haar totem: "Forse Bizon"), "je kan eten bestellen tot 22u00, je hebt dus nog 1,5 uur de tijd".
Zonder het te weten zijn we een andere tijdzonde ingereden. Voor één avondje mogen we onze klok verzetten. We eten zeer lekker, drinken alcoholvrij bier (alcohol is verboden in het reservaat, het bij je hebben kan al een aardige straf opleveren) en zoeken onze knusse kamer op.

Twee honden houden wacht op de parking.

Deze plaats ademt ook weer authentiek Amerika uit. Zalig!

Geen opmerkingen: